vrijdag 22 november 2013

Hij redt!

Bedenk hoe groot en indrukwekkend de HEER is  ...    (96)

Wie vertwijfeld zijn, is Hij nabij;
Hij redt wie alle moed verloren.

Psalm 34:19

Toen vanmorgen deze tekst er voor mij uitsprong toen ik mijn Bijbel opensloeg, moest ik denken aan het verhaal van Hagar en Ismaël.
In gedachten zag ik haar zitten in de snikhete zon in de woestijn.
Een gebogen hoofd boven een paar schokkende schouders, terwijl het geluid van een eenzaam, schreeuwend, stervend kind door merg en been gaat.
Het beeld van een wanhopige vrouw komt op mijn netvlies; vertwijfeling en totale moedeloosheid stralen van haar af.

Hoe wanhopig moet zij wel niet zijn geweest?
Hoe vertwijfeld zal zij zich wel niet hebben gevoeld?
Had zij niet alle reden om de moed te verliezen?

Wat een speelbal was zij eigenlijk in de handen van haar meesteres.
Goed genoeg om eerst voor een nakomeling te zorgen, en vervolgens afgedankt.
Weggestuurd, samen met haar kind de woestijn in, omdat de meesteres niet wil dat haar eigen kind, dat zij uiteindelijk toch nog gekregen heeft, de erfenis moet delen met het kind van haar slavin.
Water dat langzaam opraakt, waardoor ze lijdzaam moet toezien hoe haar kind sterft van de dorst.

Voel de brandende hitte van de meedogenloos schijnende zon.
Hoor hoe het kind smeekt om water.
Zie hoe zijn lipjes openbarsten van de dorst.
Proef de wanhoop van de moeder als zij haar kind onder een struik legt om het daar te laten sterven en zie hoe zij alle moed verliest en een eind verderop gaat zitten wachten, tot dat …
Zie hoe zij alle moed verliest; hoe haar schouders schokken van het huilen om haar kind dat schreeuw, en schreeuwt, en schreeuwt …

Maar God is nabij, Hij hoort het geschreeuw van het kind en het laat Zijn hart niet onbewogen.
Hij kent Hagar’s verhaal, Hij weet wat er is gebeurd.
Hij ziet haar, hoort haar en steekt Zijn reddende hand naar haar uit.
En een engel spreekt: ‘Wat is er, Hagar? Wees niet bang, God heeft de jongen gehoord, daar onder die struik. Ga naar hem toe, neem hem in je armen en houdt hem stevig vast. Ik zal van zijn nakomelingen een groot volk maken.’

Hagar, een slavin.
Ismaël, een buitenechtelijk kind.
Abraham, de stamvader van Israël.
Sara, zijn vrouw.
Izaäk, de erfgenaam.

En toch …
Hoewel God speciale plannen heeft voor Abraham en zijn nageslacht, zijn Hagar en Ismaël voor Hem van net zoveel waarde.
Zijn plannen voor hen zijn anders, hun toekomst is anders, maar Zijn bewogenheid en liefde voor hen is hetzelfde.

Hagar was vertwijfel, maar God was haar nabij.
Hagar had de moed verloren, maar God redde haar en haar zoon.
Misschien ben jij ook vertwijfeld en heb je net als Hagar alle moed verloren, weet dan, dat onze God zo groot is, dat Hij ook jou hoort en ziet.


Genesis 16
Genesis 21:1-21

maandag 18 november 2013

Niet begrijpen, maar toch ...

Soms lees ik iets en als het mij raakt, schrijf ik het op.
Soms echter lees ik het later weer eens en vraag ik me af waarom ik het toch heb opgeschreven.
Maar soms schrijf ik iets op en blijft het mij raken, ongeacht hoe vaak ik het ook terugzie en lees.
De onderstaande woorden uit het boek ‘Het territorium van Randy Alcorn’* zijn van die woorden met een blijvende waarde.
Woorden, die mij door moeilijk omstandigheden heen helpen, er soms zelfs overheen tillen.
Geloof en vertrouwen zijn de sleutelwoorden.

I does not know why all aroun'me,
my hopes all shattered seem to be.
God's perfect plan I cannot see.
But one day, someday, He'll make it plain.


I don't understand my struggles now,
why I suffer and feel so bad.
But one day, someday, He'll make it plain.
Someday when I His face shall see,
someday from tears I shall be free,
yes, someday I'll understand.


Nee, Heer, vaak begrijpen we er helemaal niets van, niets van alles wat er om
ons heen gebeurt,wat er in ons leven gebeurt.
Waarom de dingen gaan zoals ze gaan.
Waarom hoop soms verbrijzeld lijkt te worden.
Waarom alles vaak één groot vraagteken is en we Uw perfecte plan totaal niet kunnen zien, laat  staan begrijpen.
Maar ik geloof dat er een dag komt, dat U ons alles duidelijk zult maken.

Nee, Heer, vaak begrijpen we helemaal niets van al onze moeiten, zorgen, pijn, verdriet; van alle strijd in ons leven.
Waarom we soms zo moeten lijden, zoveel moeten doorstaan, ons zo ellendig voelen.
Maar ik geloof dat er dag komt, dat U ons alles duidelijk zult maken.
Dat er een eind komt aan dit alles.
Er komt een dag, dat we U zullen zien van aangezicht tot aangezicht.
Er komt een dag, dat we van onze tranen verlost zullen zijn.
Ja, er komt een dag dat we zullen begrijpen.

Heer, laat dit vooruitzicht de hoop zijn, het houvast voor ons leven.
Uw wegen zijn niet onze wegen; Uw gedachten zijn hoger dan onze gedachten.
Begrijpen kunnen we ze niet, maar we kunnen er wel voor kiezen om op U te vertrouwen in elke omstandigheid.
Ons leven is in Uw hand en we mogen weten dat we daar veilig zijn, wat er ook gebeurt.

Onze naam staat gegraveerd in de palm van Uw hand en niets of niemand kan ons daaruit roven.
U zorgt en waakt over wat U toebehoort.
U bent de Almachtige, de Allerhoogste.
Maar er komt een dag, dat alles op zijn plek zal vallen en wij zullen begrijpen.

Zie ook gedicht: 'Vastgrijpen aan Zijn beloften'
* Boekinfo

zondag 17 november 2013

Kerstavond voor Vrouwen 2013


D.V. dinsdagavond 10 december is er weer een Kerstavond voor Vrouwen in de Kandelaargemeente in Voorthuizen.
Woon je in de buurt, of heb je er wel een eindje rijden voor over, wees van Harte Welkom op deze mooie en speciale avond.

donderdag 14 november 2013

Mag mijn hand ...

Mag mijn hand vandaag even
de hand zijn die die van jou omgeeft
en liefdevol troost.
 Dat door dit gebaar
even iets van Gods liefde mag stromen
en jouw hart verwarmen.

Opdat de warmte van Zijn liefde
je zal bemoedigen en opbeuren,
je tot kracht en sterkte zal zijn.

Waardoor nieuwe hoop en moed
in je binnenste omhoogklimt
en je weet: Hij vergeet mij niet.

dinsdag 12 november 2013

Wat zien wij?

Bedenk hoe groot en indrukwekkend de HEER is ...    (95)

Maar vervuld van de Heilige Geest sloeg Stefanus zijn ogen op naar de hemel, en hij aanschouwde de glorie van God en zag Jezus staan aan Gods rechterzijde.

Handelingen 7:55

Als ik vanmorgen door mijn Stille Tijd (Johannes 14:16,17) stilgezet wordt bij de Heilige Geest die ons gegeven is, ga ik naar het Bijbelboek ‘Handelingen’.
Ik blader wat, lees hier daar wat stukjes en blijf steken bij het verhaal van Stefanus.

Stefanus, die wordt uitgekozen en de verantwoording krijgt over uitdelen van het voedsel aan zowel de Griekssprekende Joden als de Hebreeuwssprekende Joden, zodat de apostelen zich bezig kunnen blijven houden met de verkondiging van Gods woord, waartoe zij geroepen waren.
Stefanus, vol van de Heilige Geest, verrichtte grootste dingen en wonderen onder het volk, waardoor sommigen in verzet kwamen.
Ze gingen een discussie met hem aan, maar konden niet op tegen de wijsheid en de Geest waardoor hij sprak.
Of het nu boosheid was, jaloezie, of beiden, het dreef hen tot waanzin en ze kochten een paar mannen om, die een vals getuigenis tegen hem aflegde.
En zo hitsten zij het volk, de oudsten en schriftgeleerden tegen hem op en ze sleurden hem mee en brachten hem voor de Hoge Raad, waar het valse getuigenis tegen hem werd afgelegd.

Het eerste dat mij zo bijzonder raakt is het laatste gedeelte van vers 15 van hoofdstuk 6 uit Handelingen, waar staat: … en zij zagen een gezicht als van een engel.
Stefanus was zo vol van Gods Geest, dat het zichtbaar was voor een ieder die hem zag.
Automatisch gaan mijn gedachten naar Jezus en Mozes.
Jezus, die op de berg, voor de ogen van zijn discipelen van gedaante veranderde; Wiens gezicht toen straalde als de zon en Wiens kleren wit werden als het licht. (Matth. 17:1,2)
Mozes, die toen hij terugkeerde van de berg met de twee stenen tafelen die hij van God had ontvangen, zijn gezicht moest bedekken, omdat het volk het niet aankon om zijn gezicht dan te zien. (Ex. 34:29,30)

De volheid van Gods Geest; de grootheid van God zichtbaar door hen heen voor iedereen die hen ziet …

Als dan de hogepriester aan Stefanus vraagt of alle beschuldigingen waar zijn, begint Stefanus helemaal niet met het weerleggen van alle valse beschuldigingen.
Vanuit ons mens-zijn, zouden we direct in de verdediging springen en het moment dat ons gegeven wordt om te spreken direct benutten om van leer te trekken tegen al die valse beschuldigingen.
We zouden voor onszelf opkomen om met alles wat in ons is de ander te overtuigen van onze onschuld.
Maar Stefanus doet niets van dit alles; hij spreekt geen enkel woord dat hem ook maar vrij zou kunnen pleiten van de beschuldigingen.
Hij doet zijn mond open en getuigt door de Heilige Geest van wie God is en van wat Hij heeft gedaan.
Van Abraham tot Jacob, van Jozef naar Mozes, van Salomo naar Jezus.
Door de Heilige Geest geleid, legt hij de slechtheid van hun hart bloot en ze worden razend.
Maar Stefanus ziet niets anders dan de heerlijkheid van God, en Jezus aan Zijn rechterhand.
Hij kan niet zwijgen en getuigt van wat hij ziet; en al slepen ze hem zodra hij is uitgesproken mee om hem te stenigen, hij valt op zijn knieën en bidt, net als Jezus, voor hen die hem doden: ‘Heer Jezus, ontvang mijn geest en vergeef hen deze zonde.’

Aan de ene kant zo onbegrijpelijk voor ons mensen; hoe kan God dit toelaten?
Iemand die zulk goed werk deed, zoveel betekende, zoveel wijsheid bezat, zo …
Maar aan de andere kant de enorme grootheid van God, van Zijn wijsheid die ons verstand te boven gaat.

God die in controle is, waardoor Stefanus alle tijd en ruimte heeft om te zeggen wat God wil dat er gezegd wordt.
God, die dan pas ruimte geeft aan zijn boosdoeners om te reageren.
God, die toelaat dat ze hem meenemen en stenigen.
God, die hem de genade geeft en de volheid van Zijn Geest om, terwijl de stenen om zijn oren vliegen en hem langzaam doden, te bidden voor om vergeving voor hen die deze zonde begaan.
God, die hem opneemt in Zijn heerlijkheid.

Te begrijpen, te bevatten?
Nee, zoals zoveel dingen die gebeuren niet te bevatten of te begrijpen zijn voor ons menselijk verstand, maar Zijn grootheid, Zijn almacht, Zijn majesteit erkennen en geloven en vertrouwen dat wat Hij doet - of toelaat - het juiste is.
Stefanus zag Gods heerlijkheid, Gods grootheid.
Wat zien wij?

maandag 11 november 2013

Onmogelijk?

Bedenk hoe groot en indrukwekkend de HEER is ...    (94)

‘Wij vergeten dat ‘onmogelijk’ één van Gods lievelingswoorden is.’
Max Lucado

Bij de mensen is het onmogelijk, maar niet bij God, want bij God zijn alle dingen mogelijk.
Marcus 10:27

Hoewel dit woord werd uitgesproken door de Here Jezus na aanleiding van de vraag ‘Wie kan dan nog gered worden?’, geldt het voor alle dingen.
Bij God is werkelijk niets onmogelijk.

In wat voor situatie we ons ook bevinden, wat er ook in ons leven gebeurt, of waar we ook doorheen gaan, het is niet zo, dat God niet bij machte is om er ook maar iets aan te doen of te veranderen.
Hoe het er ook voor staat in de wereld, welke natuurrampen de wereld ook teisteren en de mensheid in het nauw brengt, het is niet zo, dat God niet bij machte zou zijn om er ook maar iets aan te doen.
Hij is de Schepper van hemel en aarde, alle dingen zijn in Zijn hand.

Job moest het erkennen:
Hij antwoordde: ‘Ik weet dat U alles kunt, voor U is niets onmogelijk.
U vroeg: Wie durft er zonder kennis van zaken te spreken?
Ik geef het toe, ik sprak over zaken waar ik geen verstand van heb, wonderbaarlijke dingen, die ik niet kan begrijpen.’
(Job 42:2,3)

Jeremia sprak het uit in zijn gebed:
‘Machtige HEER, U bent groot: U hebt de hemel en de aarde gemaakt.
Niets is voor U onmogelijk.

Het feit dat wij niets begrijpen van de dingen die om ons heen gebeuren, wil niet zeggen dat we een God hebben bij wie ook maar iets onmogelijk is.
Ons onbegrip over Zijn niet ingrijpen of handelen, wil niet zeggen dat Hij het niet zou kunnen.

Hoewel deze dingen ook weer allemaal andere vragen oproept, zijn sommige dingen een kwestie van aannemen en geloven.
Van God erkennen als soeverein, almachtig, alwetend, Degene die boven alles staat en alles in Zijn hand heeft; Die regeert en heerst.
Bij Hem zijn alle dingen mogelijk!

Soms kunnen de dingen die gebeuren me echt aanvliegen en me doen vragen ‘Heer, hoe moet dit ooit goed komen? Hoe kan dit ooit veranderen? Het wordt nooit wat. Het komt nooit meer goed.’
En toch: Bij Hem is alles mogelijk.
Dat woord van God wil ik me voor ogen houden in elke omstandigheid, in alles wat er gebeurt.
Hoe onzeker de toekomst ook is en hoe onmogelijk in mijn ogen dingen soms ook kunnen zijn; bij Hem is alles mogelijk!

Begrijpen kan ik het niet, noch bevatten of beredeneren.
Maar Zijn woord zegt het.
Zijn woord laat het zien!
En dat wil ik aannemen.


HEER, dit woord toont Uw grootheid.
Het laat zien wie U bent!
Het toont Uw Almacht.
Het toont Uw Majesteit.
Het laat Uw heerlijkheid zien, Uw glorie.
Het maakt  mij klein en U groot.

U bent HEER.
U bent God.
Al begrijp ik er niets van, HEER, ik geloof, dat alle dingen bij U mogelijk zijn.

- Amen -

donderdag 7 november 2013

Wees stil en kom tot rust


Stil, mijn ziel, wees stilStil, mijn ziel, wees stil ...


Mijn geliefde dochter (zoon),
wordt maar stil
en kom tot rust;
kom tot rust
dicht aan Mijn hart.
Wees maar niet bang;
wat er ook gebeurt,
waar je ook bent,
waar je ook doorheen gaat,
Ik ben erbij,
je bent niet alleen.

Wordt maar stil
en kom tot rust bij Mij.
Zoals een kind
tot rust komt bij zijn moeder,
zo mag jij tot rust komen
bij Mij.
Leg alles wat je bezighoudt,
alles waarover je je zorgen maakt
maar in Mijn handen
en vertrouw Mij.
Ik ga met jou
door elke situatie heen.

Wordt maar stil
en kom tot rust;
kom tot rust
dicht aan Mijn hart.
Rust uit
en ontvang nieuwe kracht.
Laat Mij je geest vernieuwen
en je sterk maken.
Immers,
wie moe is beur Ik op;
wie geen kracht meer heeft
maak Ik sterk.

Kom maar
en rust,
rust maar uit
dicht aan Mijn hart.
Ik laat je geen moment
alleen.

zaterdag 2 november 2013

Wees vastberaden en moedig!


Heer,
Uw woord klinkt:
Wees vastberaden, Mijn kind,
wees vastberaden en moedig
op de alle wegen die je gaat.
Wees niet bang
en laat je ook niet uit het veld slaan,
want Ik ga met je mee.
Zoals Ik met Mijn volk meetrok,
bij hen was,
overdag en ’s nachts,
zo ben ik ook bij jou.
Sterker nog,
Ik ben in jou!
Mijn Geest woont in jou!
Nooit zal Ik je alleen laten,
nooit zal Ik je aan je lot over laten.
Vertrouw niet op je gevoelens
die zijn wispelturig als de wind.
Mijn woord is betrouwbaar,
omdat Ik betrouwbaar ben!
En als Ik zeg, dat Ik bij je ben,
je nooit alleen laat,
je nooit aan je lot overlaat,
dan is dat zo.
Houdt je daaraan vast, Mijn kind!
Wees dus vastberaden, Mijn kind,
en wees moedig!
Ik heb woning gemaakt in jou
en ben dus bij je,
elk moment van de dag,
in iedere omstandigheid.
Mijn kracht is jouw sterkte.
Houdt je daarom vast aan Mijn woord,
aan Mij,
en wees vastberaden en moedig
op al je wegen.

Naar: Deuteronomium 31:6